Italië is het land met de meeste inheemse druiven ter wereld. Volgens sommige bronnen zijn het er zelfs meer dan 500! Maar al zouden we ons beperken tot de minimaal 350 die überhaupt worden gebruikt voor het maken van wijn, dan nog steekt Italië landen als Frankrijk of Spanje op dit gebied de loef af. Bijna iedereen kent de nebbiolo (Barolo, Barbaresco), de barbera of de sangiovese (Chianti, Brunello di Montalcino). Maar helemaal aan de andere kant van het spectrum is er een grote groep wat obscure, vaak onlangs herontdekte druiven. Er zijn eigenlijk altijd maar enkele hectares van en ze geven vaak een beetje rare, maar toch vaak ook opzienbarende en zeer authentieke wijn. We plaatsen er een paar op het voetstuk dat ze wat ons betreft verdienen.
Sciascinoso
Deze donkergekleurde druif voor rode wijn wordt uitsluitend in Campania aangetroffen. Er staat slechts 170 ha aangeplant (ter vergelijking: er is 70.000 ha sangiovese). Wanneer de sciascinoso in zijn eentje wordt gebruikt, ontstaat er een lichte rode wijn. Meestal vind je hem in blends terug samen met bijvoorbeeld de piedirosso of de robuuste aglianico. Vooral om deze laatste wat te temmen. Lacryma Christi del Vesuvio is vaak gemaakt van deze drie druiven, maar soms ook zonder de sciascinoso. Hij komt bijvoorbeeld ook voor in de DOC Costa d’Amalfi. Voor de goede soorten om eens te proberen, ben je in Campania zelf aan het beste adres.
Pelaverga
In het dorpje Verduno in de Piemonte werd ruim veertig jaar geleden bij Barolo producent Castello di Verduno de pelaverga piccolo herontdekt. Het is een rode druivensoort die alleen in de DOC Verduno Pelaverga (sinds 1995) officieel voorkomt. Qua smaak en complexiteit ligt de pelaverga tussen de vernatsch uit sudtirol en de pinot noir in. Hij is licht gekleurd en heeft een goede balans tussen structuur en intensiteit. Veel opulent fruit, milde tannines en geuren die hem goed drinkbaar maken. Er zit ook een zekere Italiaanse bitterheid in, die spanning geeft en doet verlangen naar een bord Piemontees eten. Wij hebben er twee in ons assortiment: de Pelaverga Basadone 2013 van Castello di Verduno en de Verduno Pelaverga Speziale 2013 van Fratelli Alessandria. Leuk om eens met elkaar te vergelijken.
Pignolo
Nog een voorbeeld van een recent van de vergetelheid geredde druif. Deze soort komt uit Friuli en is verantwoordelijk voor stevige rode wijn, met frisse zuren en vaak soepele, zijde-achtige tannines. Goed geschikt voor houtrijping. De Colli Orientali del Friuli zijn de grootste leverancier. De grootste zijn is in dit geval niet zo moeilijk, we hebben het hier namelijk over maar 20 ha met pignolo stokken. Onze collega’s van Sagra dell’Uva in Amsterdam hebben een lekkere Pignolo van Abbazia di Rosazzo.
Timorasso
Van Timorasso wordt gezegd dat het een van de interessantste witte druivensoorten uit Italië is. Tenminste wat typiciteit betreft. Voor de phyloxeraplaag stond hij zeer weids aangeplant, in meerder provincies in Piemonte. Na de phyloxeraplaag werden er vooral wijngaarden met de cortese aangeplant, vanwege de hogere opbrengsten van deze laatste. Nu is de laatste jaren de timorasso in de provincie Alessandria weer aan een bescheiden opmars bezig. Wijnen van de timorasso kunnen behoorlijk diep geel gekleurd zijn. De geur kan je het best omschrijven als ruikend naar honing, kweepeer en verse laurier, in frisse wat koelere jaren vind je in de wijn vaak ook wat wit fruit en iets floraals. De timorasso werd vroeger niet alleen gebruikt om wijn van te maken, maar ook als tafeldruif. Probeer toch maar de tot wijn verwerkte varianten, bijvoorbeeld de Derthona Timorasso 2013 of de cru Filari di Timorasso 2012 van onze producent Luigi Boveri.
Vitovska
De druif met de mooiste naam. En die naam verraadt al een beetje zijn afkomst: Slovenië. Vervolgens is het ook niet moeilijk te raden waar in Italië we deze witte druivensoort en zijn zeldzame wijn nog kunnen vinden: Friuli. Om precies te zijn in de DOC Carso. Verder naar het oosten en je verlaat Italië. Eén van zijn voorouders is opvallend genoeg de prosecco druif. De wijn is friszuur, met aroma’s van salie, hooi en peer. Vaak vindt inweking of fermentatie op de schillen plaats. Dan ontstaat er een stevige wijn met meer structuur. Soms in een net niet droge variant. Drink hem een keer in Italië.