Producentenbezoek voorjaar 2014 …

Maandag 2 juni – zaterdag 7 juni

In de eerste week van juni bezochten we onze producenten in Lazio, Toscane en Piemonte. Dat deden we samen met drie van onze horecaklanten. Hier volgt een verslag van het eerste deel van deze ‘settimana particulare’ in Italië, met vooral Toscane.

Na een vertraging van 5 uur (!) op onze heenvlucht naar Rome, reden we aan het eind van de eerste dag dan eindelijk door het glooiende Italiaanse landschap richting Sergio Mottura in het noorden van Lazio.

Sergio Mottura – Civitella D’Agliano

Sergio is de Grechetto-koning van Italië. Deze druif is bekend als onderdeel van de Orvieto-blend, ook van die van Sergi0. Voordat we de nieuwe (en oudere) jaargangen gingen proeven van Sergio’s wijnen, kregen we eerst een rondleiding in de kelder. In dit geval niet zomaar een kelder, maar een in rotsen uitgehouwen gangenstelsel met o.a. een paar duizend ‘metodo classico’ Spumantes die ruim vijf jaar liggen te wachten op hun ‘sboccatura’ (dégorgement).

We proefden de nieuwe jaargang Orvieto, en meerdere jaargangen van de 100% grechetto Poggio della Costa  (en van zijn houtgerijpte broertje Latour). En van de ons bekende Syracide 2010. De Orvieto 2013 liet zich van zijn goede kan zien. Net wat rijker en geler in de neus dan 2012 en mooi mineralig in de mond. Lekker! Voor de grechetto 2013 geldt dat we in de nog wat onstuimige 2013 weerspiegelingen proeven van het topjaar 2011. De Syracide was zoals we hem kenden: paars fruit, boers, maar met een voor syrah verrassende frisheid en sappigheid.

Het werd al donker toen we moe maar voldaan richting Montepulciano vetrokken.

Poderi Boscarelli – Montepulciano

De volgende dag gingen we langs bij Poderi Boscarelli, alwaar de familie De Ferrari misschien wel de meest eminente wijnen van Montepulciano maakt. De ontvangst door Nicolo was als vanouds we proefden o.a. de Vino Nobile 2011 en de Vino Nobile Riserva 2009 en 2010. De Vino Nobile 2011 heeft een volle, bitterzoete neus en geeft in de mond zowel fris sap als diepte en lengte. In één woord: prachtig! De Riserva’s onderscheiden zich nog al van elkaar: de 2009 valt tegen. Nog wel goede aroma’s, maar in de mond ongedefinieerd en te hard. De 2010 staat daar lijnrecht tegenover. Een topjaar voor deze wijn. Mooie beheersing van bitter rood fruit, gecombineerd met diepgang, kracht en complexiteit.

Podere San Guiseppe – Castelnuovo dell’Abate

In het uiterste zuiden van de DOCG Brunello di Montalcino doet Stella Viola di Campalto van Podere San Guiseppe bijzondere dingen met haar wijn. Dat wisten we al, maar het was toch weer boeiend om dat opnieuw te ervaren. Van de 12 wijngaarden maakt ze 12 afzonderlijke wijnen, waarvan ze na ongeveer anderhalf jaar beslist hoe de blends eruit gaan zien en hoe de verdeling wordt tussen de Rosso en de Brunello. De kortgeleden gebottelde Rosso di Montalcino 2011 is mooi zacht en vriendelijk in de aanzet, met als tweede indruk meer kracht en zo hier en daar nog wat harde tonen. Volgens Stella heeft hij nog wat flestijd nodig. Daar zijn we het mee eens. De Brunello 2009 is een vrij serieuze jongen: de grote, vriendelijke reus. De 2008 moet het meer hebben van zijn souplesse en elegantie, volgens Stella een ‘country gentleman’. Uit het vat proefden we nog de Brunello 2010. Eén van de meest krachtige en indrukwekkende wijnen ooit van Stella. Dat belooft wat!

Le Ragnaie – Montalcino

Vanuit Podere San Guiseppe gingen we noordwaarts richting het stadje Montalcino, naar de hoge wijngaarden van Le Ragnaie. Interessant was de vergelijking die we konden maken met Stella. Zo was de eerste wijn die op tafel kwam, de Rosso 2012 (vat), een stuk donkerder, mannelijker dan wat we daarvoor hadden geproefd. Toch zit er ook voldoende fruit in en is de wijn mooi in balans. Al met al wat minder zachtaardig dan de ons welbekende 2011, zonder dat het vervelend wordt. De Brunello 2009 is niet helemaal onze favoriet, maar de 2010 daarentegen maakt ons weer helemaal blij: stoer fruit, aards, voluptueus.

Il Marroneto – Montalcino

Op Il Marroneto, aan de noordzijde van Montalcino, maakt Alessandro Mori sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw op traditionele wijze zijn Brunello’s en zijn Rosso’s. Eigenlijk maakt hij geen onderscheid tussen de wijnen. Een Rosso is wat hem betreft een korter gerijpte Brunello. Iedere Rosso die hij bottelt, is één Brunello minder. In vergelijking met Le Ragnaie en Stella zijn de wijnen hier compacter en vleziger.

 

MEER STORIES