Het klinkt wellicht vreemd, maar Italië is een jong wijnland. Vreemd gezien de historie van dit land, hoe lang hier al druiven aangeplant staan en daar wijn van gemaakt wordt. Maar jong in het opzicht dat dit land zichzelf door de eeuwen heen een aantal keren opnieuw heeft moeten uitvinden. Ook de laatste twee decennia is er in Italië veel gebeurd en dan vooral in het zuidelijk gelegen Campania. Het binnenland van de regio zit al langer in de lift dankzij de pioniers Mastrobernardino en Feudo di San Gregorio, ondertussen uitgegroeid tot hele grote producenten. Dankzij hun inspanning kennen we nu de Fiano en de Greco van kleine producenten zoals bijvoorbeeld Picariello en Calafè. Maar de ontwikkelingen binnen deze regio blijven volop in beweging en er worden telkens ook weer kleine gebiedjes herontdekt.
Wat mij betreft is Campania op dit moment een van de regio’s waar de mooiste Italiaanse witte wijnen vandaan komen. Het is een zeer veelzijdige regio, qua expositie en ligging, maar de grote gemene deler is dat bijna alle wijngaarden op een bodem van vulkanische origine staan. Dit geeft de wijnen grote diepte en complexiteit. Nu was er binnen deze regio nog een klein stukje dat al een paar jaar mijn interesse heeft. Het ligt onder Napels, vlak aan de kust en hier staan misschien wel de oudste druivenstokken van Italië. We hebben het over de Costa Amalfi. Een absoluut uniek microklimaat in combinatie met een bodem van neergeslagen as en autochtone druivenrassen.
Deze Costa was vooral bekend als toeristische attractie, de pittoreske dorpjes liggen tegen de steile hellingen boven de zee aangeplakt en het klimaat is er het hele jaar door zacht. Ideaal voor de Beau Monde van de wereld die hier hun huwelijken organiseren of prachtige vakantievilla’s bezitten. Er was zeer weinig besef hoe uniek de wijnbouw hier is. Zelfs de lokale wijnboeren waren zich hier eigenlijk niet goed bewust van. Het is Italianen eigen zich weinig tot niet buiten hun eigen regio te begeven en soms zelf nauwelijks buiten hun eigen dorp. Dan denk je dus wellicht dat wijnstokken van honderd jaar oud of meer normaal zijn…
We gingen op onderzoek uit, naar de bijzonder oude wijngaarden. Het zeer kleine wijnbedrijf van de gebroeders Reale had al eerder onze aandacht getrokken en vorig jaar bezochten we ze voor het eerst. De eigenaren Luigi en Gaetano lieten ons trots de wijngaarden zien en lieten de wijnen proeven in hun klein Osteria. Waar Luigi overigens ook de chef kok van is. We waren diep onder de indruk, maar helaas was alles al uitverkocht. Ze maken slechts 1.200 flessen. De wijngaarden zijn tussen 1920 en 1950 van de vorige eeuw aangeplant en bestaan uit bijzondere inheemse druivenrassen. De leeftijd geeft wel aan dat de wijnen nog pre-phylloxera zijn. Dit houdt in dat de onderstokken nog gewoon Frans zijn. De alles verwoestende druifluis komt hier niet voor. Dankzij de as van Vulkaanuitbarstingen van de Vesuvius van zo’n tweehonderd jaar geleden.